De uitgever

Deze column verscheen eerder in LINDA.

Een uitgever had me naar aanleiding van een reportage benaderd om eens te praten. Hij nodigde me uit voor lunch in een vijfsterrenhotel. 
We hadden om 12:00 afgesproken. Om 12:04 appte hij waar ik bleef.  
De uitgever wenkte me van achterin de zaak. Hij stond op en gaf me een boks ter begroeting. 
Naast ons tafeltje zat een BN’er die ook werd uitgegeven door hem. Verderop een tafel met twee influencers die ik van Instagram herkende, de tafel vol ballonnen. 
De uitgever vroeg: ‘Eet je salade niçoise?’
Nog voordat ik had geantwoord wenkte hij de ober en zei: ‘Two salads.’
Ik glimlachte naar de ober. ‘Thank you.’
De uitgever vroeg waar ik druk mee was, wie ik las en wie ik bewonderde. 
Ik vertelde van welke stijl ik hield. Ik las graag Nicolien Mizee, Doeschka Meijsing, alle essaybundels van Nora Eph…
De ober bracht de salades. 
Ik probeerde netjes te eten, niet met volle mond te praten terwijl ik zijn stroom aan vragen beantwoordde. Het was een hele klus. 
‘Wat krijg je voor je columns?’ 
‘Per column krijg ik…’
‘Would you like something else?’ vroeg de ober.
‘Drink je cappuccino?’ vroeg de uitgever. ‘Two cappuccino’s’. 
‘Wat zei je dat je kreeg? Vind je dat veel of weinig?’ ging hij verder. 
Ik zei dat ik dat…
De ober weer. ‘One cappuccino.’ Hij zette hem heel voorzichtig neer, zijn hand trilde. ‘And… another cappuccino.’ 
Ik knikte vriendelijk. Daarna wees hij op mijn lege flesje Spa Rood: ‘Can I take this?’ 
De uitgever leek zich niks van de onderbrekingen aan te trekken. Hij vroeg naar mijn toekomstplannen terwijl hij de cappuccino achteroversloeg.
Ik zei dat ik al een tijdje nadacht om…
De ober. Of hij het lege kopje van mijn tafelgenoot alvast mocht weghalen. Daarna wees hij op het koekje dat nog in de verpakking zat. ‘Can I take this too?’
‘Jezus!’ zei ik. ‘Gaat hij nu om de minuut vragen of hij dingen mag weghalen?’  
De ober begreep dat het over hem ging, verontschuldigde zich en maakte vanaf de bar verderop nogmaals een gebaar naar me dat het hem speet. 
Aan het gezicht van de uitgever dacht ik te zien dat hij zich voor me geneerde. Ik schaamde me voor mijn uithaal.
Wat hij daarna tegen me zei, over hoe hij een boek van mij voor zich zag, volgde ik maar half omdat ik nadacht hoe ik was overgekomen. Misschien dacht de uitgever dat ik altijd zo snel uit mijn slof schoot tegen horecapersoneel, dacht hij dat ik mijn emoties niet onder controle had. 
‘Als je je werk bij mij uitgeeft, geef ik je een voorschot van…’
De ober kwam weer aan tafel en vroeg of hij het melkkannetje mocht meenemen. 
De uitgever keek omhoog. ‘DO YOU WANT TO CHASE US OUT?’ 
De jongen verstond het niet. ‘I am sorry. Cheese what?’ 
‘DO-YOU-WANT-TO-CHASE-US-OUT?’ 
‘O no!’ Zei de jongen. Hij maakte een werend gebaar met zijn handen, absoluut niet zijn bedoeling. 
‘THEN LEAVE IT HERE! WE WON’T STEAL IT!’ 
Eindelijk. Ik kon ontspannen. 

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *